Sint Eustatius

Foto's van deze periode (het bijschrift per foto staat onder de i van informatie [rechtsboven])

De volgende vier albums horen eigenlijk bij de vorige nieuwsbrief...

Aquajoggen olv mok

Fam de Vries eet rijsttafel bij ons

Mok en Jan (olv Jobo) doen Around the Mountain

Silke, Marvin en Mok vertrekken van EUX via SXM naar AMS

Dan de foto-albums bij deze nieuwsbrief...

Schildpadden (nabij Scubaqua) kiezen zee

Wachtend onder de boom op de volgende bijlesleerling zie ik dit...

DP en CDA roepen op tot verkiezingen voor Eerste Kamer

Peggy Poppe en Esmeralda van Hoek op Statie ivm boekpresentatie "Een pop voor Hannah"

Activiteitendag Lynch Plantation

Maaltijd in Elma na "harvest"-sunday

Week vakantie op prachtig eiland Dominica

Statia, 2 maart 2019.

Vrienden,

Dan probeer je alle activiteiten en belevenissen te benoemen in de nieuwsbrief en dan vergeet je zomaar een dingetje. Bij de vorige nieuwsbrief moet nog worden aangevuld dat Mok op donderdag 7 februari meedoet met aquajoggen bij Chapelpiece. In een klein badje worden (voornamelijk) oudere mensen in beweging gehouden. Paul heeft daarbij normaal gesproken de leiding maar deze keer werd Mok uitgenodigd om het ook eens te proberen (het leiding geven dus). Al met al was het wel leuk en de les was ook een succes.

Ook al weer een tijdje geleden - we waren op Sint Maarten na afloop van de recente cruise - gebeurde er dit: we waren in deze of gene horeca-gelegenheid waarbij ik vroeg naar het password van de lokale wifi. Een antwoord als "I dont know" vinden wij dan best grappig. Terug op Sint Eustatius en dit voorval in herinnering roepend gaf collega Floyd er ook zo een: "Buy a drink first" is natuurlijk ook een uitstekend wachtwoord voor in een cafe.

En dan is Mok net vertrokken hebben we op 13 februari vlak naast Scubaqua weer het fenomeen van uitkomende zeeschildpadeieren. Dat heeft Mok dus net gemist. Het is best grappig en bijzonder: eerst graven ze zich een weg naar boven en eenmaal op het strand kiezen ze zo snel mogelijk het pad naar de zee om meteen maar een eind te gaan zwemmen (naar verluidt [bron: Mike van Scubaqua]: een dag of drie achtereen zwemmen om een veilig eind uit de kust het leven op te pakken).

Zaterdagavond 16 februari heeft de DP (Democratic Party) Lions Den afgehuurd, er een muziekband neergezet (Turbulenzz) en wat sprekers op het podium getrokken. Een spreker van buitenaf (Reinier Willems, oud-lid van de Eerste Kamer, lid van het CDA) en de lokale DP-leden, die als partij een samenwerking met het CDA zijn aangegaan. Als bewoner van een van de BES-eilanden, die niet deel uitmaken van een provincie, kun je hier niet kiezen voor leden van de Provinciale Staten (van waaruit de Eerste Kamer wordt gekozen). Voor hier geldt dat je kan kiezen voor leden van een kiescollege waarbij de gekozen leden van dat kiescollege vervolgens een stem uitbrengen op de kandidaten voor de Eerste Kamer, uit de Provinciale Staten. Er is hier ruimte voor vijf kandidaten voor dat kiescollege en die worden allemaal gevuld met DP-leden want anderen hebben zich niet aangemeld. Dat geeft een dilemma: de enige keuze die je maakt is "ga ik stemmen of niet", maar wat je ook doet, het wordt dus sowieso een CDA-stem. Tja, een beetje eenzijdige oplossing is het wel...

Maandag 18 februari komt Peggy Poppe langs voor een presentatie van haar boek "Een pop voor Hannah". Peggy is een goede kennis (uit Belgie) van Tim en Esmeralda. Peggy en Esmeralda zijn voor twee dagen onze gast en maandagochtend doen ze op school een presentatie voor Havo 5 en Academic 4. Diezelfde maandagmiddag is er weer een presentatie, maar nu bij CNSI. Het was ons volslagen onbekend of het wel aan zou slaan als onderwerp bij het Science Cafe van CNSI maar dat viel dus alles mee. Een redelijk gevulde zaal (met enigszins gemengd publiek) zat te luisteren naar het verhaal dat compleet anders was dan de gebruikelijke flora- en faunaverhalen die nu eenmaal centraal staan bij het Science Cafe. Er werd aandachtig geluisterd en na afloop waren er lovende woorden. Absoluut een succes. Dinsdag de 19e heeft Mia de dames rondgereden over het eiland (Whitewall met Battery de Windt, Botanical Garden met zicht op St Kitts, Zeelandia, het dorp en Harbour Club aan de kust). Eind van de middag vertrokken Esmeralda en Peggy weer naar Sint Maarten.

Donderdag de 21e waren er weer te veel onderwerpen voor op een (1) dag. Wij zijn niet naar het (reguliere, maandelijkse) Science Cafe gegaan: daarvoor ontbrak ons gewoon de tijd. In de middag waren we te gast bij Lynch Plantation alwaar Ishmael Berkel een uitstalling had gemaakt van "hoe het vroeger was" met muzikale ondersteuning van de Kili Kili Band. De ezel had aan het eind van de presentatie niet al te veel zin om in beweging te komen en terug de auto in was ook niet meteen zijn plan. Toch is het allemaal goed afgelopen. Later op de avond zijn we naar de ELMA (naast de Bethel Methodist Church) gegaan. Een maaltijd werd verzorgd met de "opbrengst" (oogst) van hetgeen bij de kerkdienst (in het kader van "harvest") was opgezameld aan fruit en groente. Allemaal heel gezellig en lekker. Mia heeft de poffertjes (als bijdrage aan het toetje) verzorgd.

Om een uur of twaalf (zaterdag 23 februari) brengen Etienne en Frida ons even naar het vliegveld. Dan begint ons avontuur op Dominica. Viereneenhalf jaar geleden - onze eerste herfstvakantie op Statia - hebben we Gijs en Georgine ontmoet op Saba. Vanwege de dreiging van orkaan Gonzalo verliep hun terugreis via Statia en wij waren daar inmiddels een beetje bekend zodat we ze een beetje wegwijs konden maken. Vanaf dat moment was er het plan om toch ook eens hen te bezoeken op Dominica. Daar wonen zij immers. En nu komt het daar dan van.

Via Saba vliegen we naar Sint Maarten. We stonden op het punt om Saba te verlaten, taxien we toch even terug naar waar we vandaan kwamen: het bleek dat iemand een mapje was vergeten en dat werd via de piloot alsnog even afgegeven. Zoiets kun je je op Schiphol toch niet voorstellen! Maar goed, even later zijn we dan toch op een loeidruk Sint Maarten. Om kwart over vier - zowaar op tijd - werd onze vlucht omgeroepen en gaan we met de bus naar ons vliegtuig (met Air Antilles worden Winair-vluchten uitgevoerd) en rond een uur of zes landen we op Dominica.

Even na zevenen brengen Jenner en Marva van Happy Car Rentals ons naar de overnachting die we voor de eerste avond hadden geboekt: Coffeeriver Cottages. We zijn best wel blij met het feit dat zij ons hebben gebracht met onze huurauto want de weg er naar toe is weliswaar niet zo lang maar de weg naar Botanical Garden (op Statia) is er heilig bij.

De volgende ochtend blijkt dat de moeilijke weg tussen het vliegveld en de cottages bij daglicht een stuk minder onvriendelijk is en zonder moeite komen we weer aan bij het vliegveld. Wat we gisteravond hadden moeten doen, doen we nu alsnog (omdat het daarvoor uiteindelijk gisteravond toch te laat was geworden): een zgn. drivers permit kopen. Nee, geen rijbewijs maar een stukje papier waarop natuurlijk stempels en waarvoor natuurlijk ook betaald moet worden: eigenlijk een soort toeristenbelasting maar dan op autorijden. Afijn, zo heel prijzig is het nu ook weer niet maar we wisten het gewoon niet.

Toen dat in orde was gingen we op weg via Canefield Airport en Roseau naar Gijs en Georgine. Dat ging over de best wel redelijke asfaltweg dwars over het eiland die heel toepasselijk Transinsular Road heet, en na deze of gene roundabout overgaat in de Imperial Road. Ten zuiden van Roseau gaan we linksaf (we volgen de kaart op de app Maps.me die, althans op Dominica, toch een tikje nauwkeuriger blijkt dan Google maps) en vanaf dat moment ging het snel de lucht in via een slechte weg vol met gaten en bochten naar Giraudel, het bloemenstadje van het eiland. Hier ergens wonen Gijs en Georgine en uiteindelijk hebben we de laatste meters met hun auto afgelegd want het samenspel van onze auto en juist deze weg bleek geen succesvolle combinatie.

Het was een geweldig leuk weerzien (na ongeveer viereneenhalf jaar, afgezien van een korte, snelle ontmoeting bij Karakter op Sint Maarten in augustus 2017) en Georgine had alles uit de kast gehaald om een heerlijke lunch te bereiden. Wij logeren in hun vroegere woonhuis en dat is een ongelofelijke luxe. Na de lunch en een uitgebreide rondleiding in de tuin hebben we met zijn vieren een autoritje gemaakt naar de uiterste zuidpunt van Dominica vanwaar zicht op Martinique en waar de Atlantische Oceaan (links) en de Caribische Zee (rechts) bij elkaar komen. Nabij dit punt (Soufriere) verleidt Gijs Jan om even met blote voeten de zee in te lopen: een best wel goed voelbaar temperatuurverschil verraadt de vulkanische aard van deze omgeving met geothermische activiteit dicht onder het aardoppervlak. Gasbelletjes stijgen op en een stukje terug wordt de baai ook wel Champagne Bay genoemd, populair bij snorkelaars die tussen de gasbellen snorkelen. Op deze zuidpunt hebben we ook nog bij een lokaal kroegje aan zee (heette het niet Georges? oh nee, Rodgers Bar!) een biertje gedronken tot het tijd werd om weer terug te gaan. Dit moment ligt kort voor zonsondergang want zo heel plezierig is het niet rijden op Dominica in het donker. Eenmaal terug in huize Gijs en Georgine trekken wij ons terug in ons vakantiepaleis.

De volgende ochtend ontbijten we op ons zelf en om een uur of tien hebben we met elkaar koffie gedronken op de veranda van Gijs en Georgine. Een geweldige maaltijd werd zomaar voorgetoverd en even na twee uur hebben we weer een rondrit gemaakt. We hebben een heel grote (baobab)boom gezien die jaren terug is geveld door hurricane David en een bus heeft geplet. We zijn doorgereden naar een plek waar het (zwavelhoudende) gas van de geothermische (vulkanische) activiteit gewoon uit de grond komt. Weliswaar konden we we niet heel dichtbij komen maar het idee van deze krachtige activiteit van de natuur maakt je jezelf bewust van de nietigheid van de mens in deze natuur. Het blijkt dat Dominica plannen had om van die geothermische energie electriciteit te maken (met behulp van door "gratis" stoom aangedreven generatoren) en die electriciteit te exporteren naar het naastgelegen eiland Guadeloupe. Hoe het precies met die plannen staat is ons niet bekend maar inmiddels lijkt ook Guadeloupe te denken "wat zij kunnen, kunnen wij natuurlijk ook" en wellicht zijn deze lucratieve energie exportplannen weer even van de baan.

Onze weg vervolgt zich naar de Trafalgar Falls die we vanaf een zekere afstand hebben gezien. Daarna zijn we naar het Fresh Water Lake in het Morne Trois Pitions National Park gereden. De lokale parkwachter heeft ons duidelijk gemaakt dat we kaartjes moeten kopen bij het bezoekerscentrum bij het meer zelf. Dit bezoekerscentrum blijkt overigens volkomen verlaten en alles is op slot, dus dat van dat kaartjes kopen hebben we maar even gelaten voor wat het is. We hebben een beetje rondgelopen bij dit (stuw)meer en het was zowaar best wel fris. Een mistige, laaghangende bewolking gaf het geheel een Schotse of Noorse sfeer terwijl we hier ons toch heus op 15 noorderbreedte bevinden (in de tropen dus). Vanuit dit stuwmeer loopt een grote pijp om het water te geleiden naar de turbines en deze pijp is gedeeltelijk van hout gemaakt (net zoals houten vaten voor opslag van drank) maar is sinds orkaan Maria buiten gebruik: de veel jongere, metalen delen van deze pijp hebben de orkaankracht niet doorstaan. Vandaag meer dan eens de gevolgen gezien van de kracht van de orkaan in het algemeen en van Maria in het bijzonder. Bomen die afgeknapt zijn als luciferhoutjes, waardoor achtergelegen gebieden met huizen ineens zichtbaar werden waar deze voorheen volkomen verborgen waren. Ook aardverschuivingen die als tranen over de verdrietige bergen zijn uitgerold. Onze tour van vandaag sluit af met een rit langs delen van Roseau zoals het paleis, de Anglicaanse kerk zonder dak, het parlementsgebouw en het vroegere woonhuis van de schrijfster Jean Rhys (van het boek Wide Sargasso Sea). Na thuiskomst drinken we nog een drankje, praten nog even na en gaan we weer slapen.

Noot: Vanuit de veranda van hun huis kijken we uit over de tuin en daarachter (in de diepte) moet ergens Roseau liggen. Meer naar rechts kijkend zagen we gisteren rookpluimen opstijgen. Het lokale nieuws heeft ons duidelijk gemaakt dat het hier een brand betrof op de vuilnisbelt (de dump). Zelfs in die mate dat nabijgelegen scholen vandaag gesloten waren. In dat opzicht doen we het op Statia zo slecht nog niet met een redelijk werkende ophaal van gescheiden afval, verwerking van dit afval en het ontmantelen van de voormalige dump. Met dank aan Jeffrey c.s.

Noot: Vandaag ontvingen wij een mailtje van de Rijksoverheid (omdat wij ons hebben geabonneerd op Kamerbrieven over Caribisch Nederland) met daarin zowaar een reactie van Staatssecretaris Knops op brieven (van ene J.H.T. Meijer) die door de Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties aan hem waren doorgeleid. Weliswaar zijn die antwoorden niet honderd procent bevredigend maar het illustreert in elk geval dat (onze) democratie wel zo werkt dat ook individuele opmerkingen of meningen kunnen bijdragen aan de sturing van beleid. In dit geval waar het betreft het bestuur van Sint Eustatius.

Noot: Onderweg is er het verhaal van Gijs (is het werkelijk zo gegaan?) dat Columbus bij zijn verslag aan koningin Isabella van Castilie Dominica beschreef als een prop groen gekleurd perkament, zo onanvolgbaar mooi met de vele rivieren (365: voor elke dag in het jaar een) die het regenwoudachtige landschap doorkruisen. Het verhaal gaat voorts dat het Dominicaanse landschap nog precies zo zou zijn als in de tijd van Columbus. Hij zou het althans direct weer herkennen.

Dan is het alweer dinsdag. Tijd om de tocht te vervolgen. Omstreeks een uur of elf - na een ontspannen kop koffie - nemen we hartelijk afscheid van Gijs en Georgine. We stappen in de auto en rijden naar beneden (Roseau). Hier tanken we, pinnen we en doen we wat boodschappen. Vervolgens gaan we weer dwars over het eiland op weg naar Hibiscus Valley Inn. Om een uur of twee zijn we daar en betrekken onze kamer. De staf is uiterst vriendelijk: Paula doet de reservering en wij betalen bij haar. Karen wijst ons de kamer, bij Christina bestellen we iets te drinken en Nigel bereidt de warme hap. De rest van de middag brengen we al hakend (Mia), lezend (Jan) en luierend (beiden) door. Omstreeks zeven uur schuiven we aan tafel, er is geen menu: we eten wat de pot schaft (iets met kip).

De volgende (woensdag)ochtend maken we een rondje om de noord. Na ongeveer een kwartiertje rijden zijn we bij het vliegveld, juist noord van Marigot. We passeren Londonderry Bay, Wesley en Calibishie en we steken door naar het westen. We komen uit bij Portsmouth en bezoeken Fort Shirley op het schiereilandje Cabrits. Dat fort is te bereiken vanaf het punt waar we met onze kerstvakantie (zeilcruise met Star Flyer) zijn afgezet vanaf de boot op weg naar de excursie "roeien op de Indian river". Je moet voor het fort wel een eindje omhoog wandelen maar dank zij de krukken van Mia en een aardige bewaker doen wij de weg naar boven met de auto. We eten en drinken na afloop wat bij Prince Ruperts Tavern. Wanneer we weer verdergaan nemen we een foto van het hotel in aanbouw waarover Gijs sprak. Hoewel, even verderop is er nog een groot bouwproject. Nog een hotel? Of toch iets anders? Afijn, onze rondrit vervolgt zich. We steken door van west naar oost (in NO-richting) via de Northern Link Road. Deze weg leidt ons naar het mooiste punt van vandaag: door de krater van de Morne aux Diables. We ruiken de lucht van rotte eieren die duidt op zwavelhoudende gassen die hier ontsnappen aan het aardoppervlak. Via steile en kronkelige wegen omhoog en omlaag komen we via Penville in Vieille Case. Vanaf hier volgen we de Atlantische kust langs Calibishie naar Marigot en het vliegveld om omstreeks half vier weer "thuis" te komen (bij Hibiscus Valley Inn).

Noot: Even een opmerking over de gezonheidszorg op dit eiland. Die is gratis (dat wil zeggen: bekostigd door de overheid). Elk woongebied heeft een hulppost alwaar een verpleegkundige beschikbaar is. Het schijnt dat de Verenigde Naties wereldwijd eisen heeft gesteld ter zake van beschikbaarheid en bereikbaarheid van deze eerstelijns zorg. Overigens, wanneer de gezondheidszorg buiten het eiland moet worden voortgezet dan moet de portemonnee wel worden getrokken (of je moet hiervoor een verzekering afsluiten).

Noot: Het verkeer rijdt, als rechtgeaarde, voormalig Britse kolonie, links en het stuur zit dan ook rechts. Wanneer de wegen smal en kronkelig zijn en geregeld het zicht op al of niet tegemoetkomend verkeer ontbreekt, dan moet je dus best voorzichtig rijden. Ten minste dat zegt ons gezond verstand. Lokale bestuurders denken vaak dat zij wel met een hogere snelheid over de wegen kunnen of mogen rijden maar daar wordt het geheel natuurlijk niet veiliger van. Bovendien, je zou het bijna vergeten, is het asfalt over het algemeen best wel redelijk maar zodra je denkt "ach, het gaat eigenlijk wel", kan er zomaar een joekel van een gat in het asfalt zitten. Om dit verkeersissue af te ronden: de linker- en rechterzijkant van de weg is meestal geen vriendelijke berm maar een serieuze goot van ongeveer een halve meter diep. Daar moet je met je wiel uit zien te blijven. Ook wanneer het geen huurauto betreft... En de visie op de afstand tot de goot loopt tussen de bijriijder en de bestuurder wel eens wat uiteen maar we zijn toch gewoon samen bij het hotel aangekomen.

Donderdag maken we een rit langs de oostkust. Daar waar de Pagua river uitmondt in zee, steken we de rivier over en volgen de weg zuidwaarts. Overigens stroomt diezelfde Pagua river langs ons Hibiscus Valley Inn en je kunt daarin zelfs baden (maar dat hebben we niet gedaan). Nog voor Salibia gaan we links steil naar beneden richting Kalinago Barana Aute: een soort openluchtmuseumpje waar wordt geexposeerd hoe de oorspronkelijke bewoners van Dominca leefden. Dat waren de indianen die vanuit Zuid Amerika de boog van Antilliaanse eilanden zijn ingetrokken. Ook Columbus moet hen zijn tegengekomen. We rijden verder zuidwaarts en zien in het dorp Castle Bruce een best wel grote school (ca 500 leerlingen) voor voortgezet onderwijs. Het onderwijs is hier allemaal CXC-georienteerd, dus vergelijkbaar met waarheen wij op Statia migreren. Vanuit Castle Bruce gaan we wat meer de bush in - de kaart spreekt van Bois Diable (Duivelsbos) - en bij de T-splitsing gaan we naar links, richting Rosalie. Gijs had ons al in het vooruitzicht gesteld van een groot nieuwbouwproject nabij Rosalie waarbij ook een grote, moderne windmolen voor het opwekken van elektriciteit (als-ie draait en dat deed-ie niet). Bij de brug over Rosalie river keren we om, terug naar de T-splitsing waar we eerder waren. Onderweg nemen we nog een foto van een auto(wrak) waarvan kennelijk een wiel in de goot is geraakt en waarmee het dus niet zo goed is afgelopen. We steken vervolgens door naar de rotonde waar we rechtsaf de Transinsular road kiezen. Hierop rijden we ongeveer twintig kilometer noordwaarts en eindigen we weer "thuis" (Hibiscus Valley Inn). Eenmaal terug schrijven we onze dagelijks bijdrage aan de(ze) nieuwsbrief en gaan verder met haken, lezen en luieren.

Vrijdag 1 maart doen wij slechts een korte excursie. In Calibishie (een kilometer of twintig de Atlantische kust volgen in noordelijke richting, met halverwege ons vliegveld) is een chocoladefabriek, zo is ons verteld. Best leuk om deze te bezichtigen, zo dachten we. Dat is het ook wel maar in gedachten hadden we toch iets groters en iets fabrieksachtig. Het bleek een huisje waarin een hobbyist (in de goede zin van het woord) zelf chocolade is gaan maken, zoals je ook wel mensen hebt die zelf bier brouwen. Deze eigenaar-hobbyist bleek zelf afwezig (want in het ziekenhuis) maar medewerkster Marena was zo goed om ons rond te leiden.

Eerst worden de cacaobonen gefermenteerd (geen idee hoe dat werkt maar de vrijkomende geur is die van azijn). Ze worden gedroogd en in de oven gedaan (heet dat roosteren? of gewoon "ovenen"?). Gedurende een niet al te lange tijd op 120 graden Celsius. Daarna is er een soort schilproces (het spreekwoordelijk kaf wordt gescheiden van het even spreekwoordelijke koren). Daarna wordt de substantie verwarmd onder voortdurend roeren gedurende vier dagen om ten slotte te eindigen in de koelkast. Ergens in het proces worden ook "afslagen" genomen om allerlei ingredienten aan toe te voegen zoals papaya of lemongrass. Na wat fotos te hebben genomen en wat chocolade te hebben gekocht (de melkchocolade is redelijk, niet bijzonder) zijn we weer terug gegaan. Op de terugweg namen we een afslag naar links (richting oceaan) omdat we daar een hotel vermoedden (waar wellicht wat koffie kon worden besteld). Dat hotel was er ook wel maar orkaan Maria heeft hier ook duidelijke sporen: alles was dicht. We vervolgen onze terugweg en brengen de middag door in "ons" hotel.

Zaterdag 2 maart: de laatste dag van deze vakantie. We staan vroeg op en brengen omstreeks zeven uur de auto terug bij Marva van Happy Car Rentals (op het vliegveld). Inchecken op Dominica verloopt zonder problemen hoewel we slechts de boardingpassen tot Sint Maarten meekrijgen. Op Sint Maarten moeten we maar verder zien bij de Winairdesk. De grensbewaker op het vliegveld grinnikt een beetje bij het zien van de naam Maria in Mia-s paspoort. Na de gelijknamige orkaan die hier zo verwoestend heeft huisgehouden is de naam Maria zo goed als verbannen (geen kind wordt meer zo genoemd), maar goed, bij Mia gaat die naam al langer mee dan sinds 2017. Op weg naar Sint Maarten passeren we Sint Eustatius en daar nemen we natuurlijk fotos van! Na aankomst op Sint Maarten melden we ons bij de Winairdesk en daar bleek dat Mia niet goed in het systeem stond. Eerst was zij dubbel geboekt en bij de correctie is er kennelijk iets niet goed gegaan maar na enig wachten, zuchten en steunen is het allemaal wel goed gekomen. Dan is er echter niet heel veel tijd meer over om tijdig te boarden. Gelukkig konden we meeliften met iemand die in een invalidenwagentje werd voortgeduwd en zo komen we toch nog net op tijd aan bij de juiste gate. Het laatste stukje vliegen is geen probleem en bij aankomst blijkt de bagage ook keurig te zijn aangekomen. Etienne stond ons al op te wachten en dit laatste stukje nieuwsbrief zit ik heerlijk op onze porch uit te tikken. Aan een mooie vakantieweek is een eind gekomen.

En daarmee tevens aan deze nieuwsbrief. Even nog de allerlaatste fotos verzamelen en dan kan de brief weer weg!

Tot de volgende keer!

Mia en Jan.